Het probleem

 

Om de nieuwbouwwoningen van het Hof Vlugtenburg te realiseren moet een geluidswal worden aangelegd.

Het nieuwe wijkje ligt heel dicht tegen de snelweg A58 en de geluidsbelasting is zeer aanzienlijk.

 

Op 2 juli 2014 werd begonnen met graafwerkzaamheden op Vlugtenburg en volgens Google Earth lag er in april 2015 een gronddepot, het rudimentaire begin van de geluidswal.

De eerste fase van de wal werd aangelegd met grond die volgens de gemeente Vlissingen “lichte verontreinigingen aan enkele zware metalen en PAK’s” bevatte.

Voorjaar 2021 meldde de gemeente Vlissingen desgevraagd dat het bij de wal gaat om “… kern van grond van klasse ‘industrie’ “, “conform de eisen afgedekt met een laag schone grond.”

 

De bewering dat de wal conform de eisen is afgedekt met een laag schone grond is het heikele punt: klopt dat wel?

Na behoorlijk vijven en zessen kwam bij de gemeente Vlissingen een melding boven water van 26 maart 2015 betreffende de aanvoer van een partij van 1467 kubieke meter grond die in een laagdikte van 6 meter is aangebracht. De partij was afkomstig uit rioleringswerkzaamheden in West-Souburg en voldeed aan de eisen die gesteld mochten worden aan een leeflaag.

De melding uit 2015 spreekt van 6 meter laagdikte, maar een begeleidende mail uit 2021 van de aannemer stelt dat de laag is aangebracht in een dikte van 0,5 meter tot 1,0 meter.

In het onderzoeksrapport van de grond uit West-Souburg worden wat verhoogde, maar acceptabele, waarden voor kwik en molybdeen geconstateerd.

Eveneens volgens het onderzoeksrapport zijn zintuigelijk waargenomen en in een tabel onder het kopje “waargenomen bijzonderheden” genoemd “klinker” en “tegel”.

 

Echter in het oudste en meest oostelijke deel van de wal zijn, in het bijzonder onder het oppervlak van de druppel aan het oostelijke eind, veel steenresten te voelen en te zien. De daar aangetroffen steenresten bestaan uit brokken beton, stukken baksteen en ook klinker.

Op de vraag om door het nemen van grondmonsters te bepalen of de wal inderdaad is afgedekt met de grond uit West-Souburg is door de gemeente Vlissingen helaas afwijzend beschikt.

 

Opvallend is dat de gemeente Vlissingen vanaf het begin van mijn correspondentie in maart 2021 het eigenlijk voor vanzelfsprekend aanneemt dat de wal volgens de regels is afgedekt.

“… RUD-Zeeland houdt toezicht op dergelijke toepassingen. Het is vrijwel onmogelijk dat deze toepassing niet beoordeeld is gezien de prominente ligging.”

Zo’n beoordeling zal toch, hopelijk, niet alleen een beoordeling op afstand zijn. Van die beoordeling zal toch wel een rapportje zijn, er zullen toch wel monsters genomen zijn? Nog geen rapportje van het RUD-Zeeland gezien over de wal Vlugtenburg.

De bewering dat de wal conform de regels is afgedekt werd al gedaan vóórdat de melding over de grond uit West-Souburg boven water kwam.

 

Concluderend: de gemeente Vlissingen vertrouwt er op dat de wal bij Vlugtenburg volgens de regels is afgedekt, maar hard bewijs ontbreekt.

Zou toch simpel moeten zijn: de vingerafdruk van de grond uit West-Souburg is bekend en het vergelijken van die West-Souburgse grond met de oppervlaktelaag van de wal Vlugtenburg, met name op het oostelijke deel van de wal, zou toch echt niet te veel moeite moeten zijn.

 

 

Steenbrokken in de geluidswal Vlugtenburg

Steenresten op het oostelijke uiteinde van de wal

 

Steenbrokken aan de voet van de geluidswal Vlugtenburg

Steenresten aan de noordkant van de wal

 

Terug naar de start